‘Daar lag die ring’

‘Regelmatig droom ik dat ik in een huis ga wonen met een glazen koepel. Ik ben heel blij met deze mooie plek, tegelijk voel ik me schuldig want er is mij een ander huis aangeboden maar daar kom ik nooit. Als ik er toch een keer heenga blijkt het illegaal bewoond te zijn. Ik kan van deze droom geen garen klossen.
Misschien gaat hij over je wel of niet veilig voelen: waar hoor je thuis? En over schuldgevoel, iets wat ook terugkomt in een bijzondere droom die ik had toen ik jaren geleden op een camping in Frankrijk stond en wist dat het met mijn moeder in een verpleeghuis slecht ging. Ik droomde dat de bomen volledig de grond in zakten en dat ik met een bakelieten telefoon die het niet meer deed naar een stervend meisje fietste. Ik was van plan haar een ring te geven, maar eigenlijk vond ik het geen oprecht cadeau, want ik dacht: ik krijg de ring terug na haar dood. Toen ik wakker werd bleek er voor mij gebeld te zijn naar de camping omdat mijn moeder op sterven lag.
Ik ben naar huis gegaan. Na haar overlijden kreeg ik haar robijnen ring. Op een dag heb ik die verloren. Vreselijk. Toen ik kort daarna eens de hond uitliet, keek ik omhoog en zei: mam, ik wil mijn ring terug! Ik keek weer voor me en daar lag hij, voor mijn neus! Dit bizarre voorval heb ik altijd gekoppeld aan mijn droom over het meisje en het cadeau waar ik me bezwaard over voelde.
Ja, dat ellendige schuldgevoel, ik heb er snel last van. Ik denk dat het in mijn jeugd is ontstaan. Het kampverleden van mijn moeder en haar verborgen verdriet, dat toch voelbaar was - kinderen hebben daar een neus voor - heeft teweeggebracht dat ik emotioneel voor haar ging zorgen. Ik hield haar uit de wind en cijferde mezelf weg. Muziek was mijn uitlaatklep, nog steeds is het de kurk waar ik op drijf. Daar kan ik alles in kwijt, vooral omdat ik mijn eigen materiaal schrijf.
Maar soms haal je een wond open die allang geheeld leek. Laatst gebeurde dat in mijn muziekvoorstelling 'The Road' bij een liedje dat ik had gemaakt toen ik in scheiding lag. Tijdens het zingen werd ik onverwacht overvallen door emoties.
De meeste nummers in dat programma zijn bewerkingen van mijn favoriete roadsongs van anderen. Liedjes over vertrekken en onderweg zijn. Reizen is een mooie metafoor voor ons leven. Je weet niet hoe de reis zal verlopen. Ik ben nu 60: niet zo oud als mijn tantes en ooms op die leeftijd leken, maar ik heb wel een leesbril nodig, tekst onthouden kost moeite, uitbundig drinken gaat niet meer.
Wat is er gebeurd? Ik vind het bestaan zo wonderlijk, het vliegt voorbij. Daarover wil ik vertellen.’
Frédérique Spigt (1957) is zangeres en actrice.
Noor Hellmann